Interview Olga Scheltema-de Nie
Ik ben groot geworden met overheidsmacht mag er zijn, dat moet er zijn ook maar er moet altijd ministeriële verantwoordelijkheid zijn.
En hoe geef je die nou zo goed mogelijk vorm?
En dat was...
En in de Kamer waren grote tegenstellingen.
De een vond dat alles bij de Rijksoverheid moest en de ander vond dat het op afstand geplaatst moest worden en de VVD was voor privatisering...
Nou ja, iedereen had zo z'n eigen stokpaardje en toch moesten we samen verder.
En ik heb eigenlijk toch ontzettend veel tijd moeten besteden aan het overtuigen van mensen dat een kaderwet beter zou zijn om die verminderde ministeriële verantwoordelijkheid die altijd samengaat met verzelfstandigingen, om die vorm te geven.
Mijn doel was dus eigenlijk altijd om zo'n kaderwet te maken dat op zich...
Die hoefden zich niet uit te spreken wie nou verzelfstandigen in zelfstandige bestuursorganen maar als je het deed, op welke manier.
-Ja.
En dat was eigenlijk, dat je dat dan goed moest regelen en dat als je nou maar een goed geregeld zelfstandig bestuursorgaan had dat dan eigenlijk een ministeriële verantwoordelijkheid zelfs beter tot z'n recht kon komen.
Was dat nou Waren er nou ook bepaalde stromingen in de Kamer die heel moeilijk te overtuigen waren?
-Ja. O, ja.
Ja, nee. Het was niet dat iedereen zei: Ja, je hebt groot gelijk.
Nee, dat is in de Kamer nooit het geval.
Maar dat... Nee, we hebben...
Dat steunend regeerakkoord was natuurlijk bij de paarse kabinetten wel gewenst, maar die heb ik er ook in gebracht, natuurlijk...
Ja, op die manier moet je...
Maar de VVD was een groot tegenstander, hoor, eigenlijk altijd. En dat...
De meest grote voorstander was ook Koos van den Berg van de ChristenUnie, of nee, SGP.
Er is nu al een kaderwet en daar ben ik blij om, maar en er zijn ook wel mensen die daartegen zijn, daar ben ik niet blij om, maar ja het parlement zelf moet er ook gebruik van maken.
En dat is nou iets waar het toch nog aan schort.
Als je het goed regelt en in alle jaarverslagen en evaluaties, enzovoort, enzovoort brengt dan toch zie je dat die dikwijls worden gelaten in de departementale commissie, of eh, de Kamercommissie die een bepaald departement tot z'n werkgebied rekent doet dat beter dan de andere, maar het zijn altijd de vakspecialisten die daar gaan oordelen over de concrete privatisering op hun gebied en die zijn daar niet zo erg in geïnteresseerd.
Die laten het toch...
Sommige laten het lopen, andere laten het niet lopen.
Er is niet een overheersend gevoel in het parlement hè, via die betere kaderwetgeving en betere regeling kunnen wij beter controleren. Dat is ook niet modieus, hè.
Het is, ja...
Het is echt vakwerk, wat je dan moet doen.
En Binnenlandse Zaken en Financiën zouden eigenlijk dus de controle daarop uit moeten oefenen maar daar is men ook niet zo blij mee, natuurlijk.
En het ene departement had meer zbo's en het andere minder andere agentschappen.
En die ministeries werden allemaal gecontroleerd door vakspecialisten in de Kamer.
En die vakspecialisten gingen dikwijls met de minister mee voor welk beleidsterrein het beste was.
-Ja, ja.
En het was heel moeilijk om als, nou ja als algemeen controleur, algemeen Kamerlid echt volledig invloed te hebben op al die departementen.
Ik heb ook inderdaad wel overwogen om zelf initiatieven te maken maar die departementale verschillen waren toch eigenlijk dé reden waarom je als Kamerlid dat overleg eigenlijk moeilijk kon voeren.
Dat moesten de departementen toch onderling doen.
Zo dat ad-hocbeleid wat er nu toch nog steeds is, altijd incidenten.
Eh, ja. Controle.
Dat zou dan wat beter zijn. Dan zou je een wat systematischere controle hebben.
En ik denk ook dat zo'n kaderwet zou kunnen zorgen dat die verkokering ook wat minder...
Dat er meer eenheid in het beleid komt ten aanzien van verzelfstandigingen, enzovoort.
Ik heb wel het idee dat men vindt dat het goed is dat er een kaderwet is.
Nou, tenminste, dat was toen ik wegging, was dat echt de overtuiging.
Maar dat men daar gebruik van gemaakt heeft sindsdien, nee.
Toch niet?
-Nee, of weinig.
Wel enigszins, het is toch wel...
Maar ik denk dat het meer naar de departementen toe gewerkt heeft dan dat de Kamer daar zelf echt actief een andere manier van werken is gaan volgen.
(Het Nederlandse wapenschild met daarnaast: Rijksoverheid. Het beeld wordt blauw met wit. Beeldtekst: Dit is een productie van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Copyright 2019.)