Collegiaal bestuur maar individuele ministeriële verantwoordelijkheid

Maar misschien even terug naar dat begin in 2007 bij OCW.
Hoe was dat om daar...
Nou ja, zo'n eerste dag door de chauffeur afgezet te worden, bij wijze van spreken...
en dan maar in het diepe te gaan?
Er zaten een paar dagen tussen het bekend worden van de samenstelling van de regering...
en uiteindelijk naar de koningin, was het toen nog, gaan.
Ik weet nog, ook wel grappig, ik werd gebeld door Koos van der Steenhoven, de SG...
en Hans van den Broek, die mijn eerste woordvoerder zou worden.
Dus Koos van der Steenhoven belde en zei: 'Ja, het is nu bekend.'
Dat was geloof ik een maandagavond. 'Wij willen bij je langskomen.'
Dus ik zei nog in mijn naïviteit: Ik heb donderdagmiddag wel een gaatje.
En toen zei hij: Nou, wij dachten meer aan morgenochtend 9:00u.
Daar had hij natuurlijk gelijk in, want vanaf dat moment was het compleet gekkenhuis.
Dus huis vol met bloemen, maar dat nog tot daaraan toe.
Maar ja, allemaal mensen die wat van je wilden.
En ik weet nog wel Maria van der Hoeven, die wilde meteen met mij praten...
want die wilde een bepaald onderdeel, geloof ik, dat daar iets anders mee gebeurde.
En dan zeiden mensen: Daar moet je...
O ja, dat iets met innovatie naar EZ ging of zo...
want zij kwam van OCW, dus zij wist dat heel precies.
Ze wilde dat meenemen, -Ze wilde meteen zakendoen.
Dus het was maar goed dat de SG meteen zei, van:
Nou, daar moet je goed over nadenken, want die discussie speelt al heel lang...
en wij bij OCW vinden dat het bij OCW hoort.
Dus ik dacht: welkom in de politiek.
En dat was meteen wel een eerste indruk:
Heel erg in het begin van de formatie van zo'n kabinet...
gaat de discussie heel erg over: wie gaat waarover?
Dus wat hoort bij welke portefeuille?
Wat was het verhaal weer van Camiel Eurlings?
Over wat... -Over de NS.
De 'anas'. Ik geloof niet dat het waar is...
maar hij zou gezegd hebben dat hij de 'anas' erbij wilde.
Iedereen dacht dat het een vrucht was en hij kreeg dat...
en toen bleek dat de NS te zijn. Volgens mij een apocrief verhaal...
maar het geeft wel aan dat dat heel belangrijk is...
en ik ben geleidelijk aan daar de ratio wel wat van gaan inzien...
omdat ja... Je gaat erover, je gaat er niet over.
Het collegiaal bestuur, daar is veel over te zeggen...
maar dat is toch eigenlijk formeel wel het geval.
Maar in feite is toch de ministeriële verantwoordelijkheid...
dominant in de verantwoordelijkheid naar de Kamer.
Individuele... -Individuele ministeriële verantwoordelijkheid.
Daarvoor maakt het natuurlijk uit of het jouw portefeuille is.
En u zegt dat er spanning tussen het collegiaal bestuur...
en de eigen verantwoordelijkheid als individuele bewindspersoon is.
Zijn er voorbeelden waarbij u daar tegenaan liep...
dat daar een spanning tussen bestond?
Ja, eigenlijk voortdurend. Het is bijna een fictie, dat collegiaal bestuur.
Dus daar worden af en toe heisessies, met een korte ei, georganiseerd...
waarbij dan het kabinet even buiten de waan van alledag...
over een algemeen onderwerp praat.
Maar dat heeft dan ook geen consequenties.
Maar de echte beslissingen worden in de onderraden voorbereid.
Daar zijn vaak bijvoorbeeld twee departementen het ergens niet over eens of zo.
Maar ja, dominant is toch de portefeuillehouder.
En als het heel duidelijk is dat het echt jouw portefeuille is...
dan moet het eigenlijk wel heel gek lopen, wil het kabinet dat niet volgen.
Dus ik kan me nog herinneren...
Ik was de eerste minister die bij de Gay Pride op de boot ging staan...
en dat kwam wel even in het kabinet.
Toen zei iemand van de kleinere christelijke partijen... Nee, van de ChristenUnie.
Die zei, van: God, ja, maar de collega staat er wel namens de regering.
Is dat eigenlijk wel de bedoeling en moeten we het daar niet over hebben?
En toen zei Jan Peter Balkenende, de minister-president:
Nou, ik zou toch voorstellen dat dit...
binnen de portefeuilleverantwoordelijkheid van de minister van OCW valt...
waar emancipatie onder valt, om te besluiten hoe daarmee om te gaan.
Waarmee ik dus de ruimte kreeg om op die boot te gaan staan.
Ik noem het omdat het een van de eerste voorbeelden is die mij toen opviel...
dat ik dacht: ja, dat kan ik kennelijk gewoon besluiten.
Misschien om even de werkweek door te nemen.
Dus maandag zit je op je ministerie...
en dan kun je gewoon intern de week starten, je eigen dingen.
De departementen leiden, moet ook gebeuren.
Dinsdag zijn de onderraden...
dus dan 's ochtends komt iedereen met de dienstauto naar de Trêveszaal.
En dan zijn de onderraden...
waarin in principe geprobeerd wordt de onderwerpen af te handelen...
zodat ze hamerstukken zijn op vrijdag.
Mark Rutte is daar een meester in...
wat er dus ook toe leidt dat de ministerraden op vrijdag eigenlijk...
vaak een beetje, bijna kunstmatig, gerekt worden omdat de pers nog niet aanwezig is.
Omdat alles gewoon goed is voorbereid. -Ultrakort.
Nou, dus tussen die onderraden...
waar dan departementale afstemming heeft plaatsgevonden...
waarbij als het goed is die vakministers die lid van een politieke partij zijn...
ook niet helemaal achterlijk zijn, maar ja, die zijn ook niet fysiek in de gelegenheid...
om te checken of fractievoorzitter Eerste en Tweede Kamer...
en of iedereen het overal mee eens is.
We hebben wel een politiek assistent.
Dus als die het werk goed doet, dan geeft die natuurlijk al een signaal.
Die kan zeggen: Pas nu even op, want de Tweede Kamerfractie tilt hier heel zwaar aan.
Maar goed, dat komt dan samen op die donderdagavond...
waar met een bordje nasi iedereen rond de tafel zit.
En daar zullen de meeste dingen afgestemd worden.
En zo af en toe dan blijkt dat men het niet eens is...
met het voorstel dat ter tafel ligt.
Het meest voor de hand liggend is om het een weekje aan te houden.
Dat geeft dan in ieder geval weer de ruimte om even de koppen bij elkaar te steken.
Dan kunnen bijvoorbeeld de fractiespecialisten...
van in dit geval dus de VVD en van de Partij van de Arbeid...
samen met de betreffende minister de koppen bij elkaar steken.
Misschien politieke assistenten erbij die even nog verder kijken.
Dat ligt in de Eerste Kamer wellicht elders.
En dan kijken of je daaruit kunt komen.
Ik bedoel, ik heb zelfs wel eens iets gelekt naar de pers.
Dat beviel me helemaal niet hoor, dus dat heb ik daarna ook niet meer gedaan.
Maar ja, dan kwam er iemand van het CBS, een partijgenoot naar me toe...
en die zei: Hier, moet je kijken hoe dat uitpakt voor de koopkracht.
En ja, dat heb ik toen doorgegeven aan iemand van ik weet niet meer welke krant...
en de volgende dag staat er zo in de krant, van:
Kabinetsplan funest voor de koopkracht.
En eigenlijk moet dat niet...
want diegene die werkt bij het CBS hoort dat vertrouwelijk te houden...
en daar moet je ook niet aan meedoen. Ik heb dat... Ik beken het hier.
Het is toen volgens mij ook in de krant geweest dat het gelekt was...
maar dat moet je niet doen en in het kabinet heb ik nooit...
Ik had wel woordvoerders die zeiden: Nou, minister, als u wilt, kunnen dat we lekken.
Toen heb ik gezegd: Je mag alleen lekken...
Want iemand had het een keer gedaan. Zo ging het.
Toen heb ik gezegd: Hoe komt dat verdomme in de pers?
'Dat hebben we gelekt.' Ik zeg: Jullie mogen alleen lekken met mijn toestemming.
En die krijg je nooit.
En dan sluit dat zich ook.
En dat levert binnen het kabinet veel vertrouwen op.
Want ja, de kwaliteit van het team neemt natuurlijk toe...
als mensen niet links en rechts gaan lopen lekken.
Dus dat heb ik in de kabinetten nooit gedaan...
kan ik echt met mijn hand op mijn hart zeggen, hoor.
Maar als Kamerlid wel een keer.
Dus dat tekent even, daarom noem ik het, dat je meer een gewoon Kamerlid wordt.
Wat zou u willen meegeven aan de mensen die straks op het bordes verschijnen?
Nou, in ieder geval in het verlengde van wat ik net zei...
en dat gaat een beetje tegen mijn karakter in, dus dat zeg ik erbij.
Ik ben geneigd om in harmonie te willen samenwerken, te zeggen:
Dit is het team, je zit nu in het kabinet.
En het kabinet Rutte...
was een voortreffelijk functionerend, harmonisch kabinet vol vertrouwen.
Ik zat met Stef Blok op de gang...
en ik heb een keer voor iets medisch een paar weken weg gemoeten.
Hij heeft het van mij overgenomen. Ik had geen moment aarzeling...
dat hij dat in grote loyaliteit zou doen. Dat deed hij ook.
Hij kwam keurig elke week eventjes rapporteren en zo...
en we namen ook van elkaar portefeuille-onderdelen over als het zo liep.
Compleet collegiaal en vol vertrouwen.
Wat wel zo is, is dat we alle kiezers zijn kwijtgeraakt.
Dus nu met die wijsheid achteraf zou ik zeggen...
dat toch zichtbaar vechten voor je electoraat...
dat moet in die mix zitten.
En ja, dan kun je nog collegiaal besturen.
Je moet elkaar niet op achterbakse manieren gaan aanvallen.
Dat hoeft ook niet, maar het is helemaal niet erg...
als er zichtbaar zo af en toe politieke spanning langs de lijn is.
'Ja, maar de VVD die wil iets heel anders dan de Partij van de Arbeid.'
Dat is ook logisch want die zijn ook gekozen op een heel ander programma.
We hebben heel andere doelstellingen.
En ik denk dat die politieke component toen eigenlijk helemaal verloren is gegaan.