De top kijkt om
In De top kijkt om worden oud-bewindspersonen en -topambtenaren bevraagd over hun ervaringen. Vooral over zaken die je doorgaans niet terugleest in de departementale archieven. Hun herinneringen zijn bedoeld om vast te leggen, te delen en te benutten.
Op 1 juli 2024 is de tweede editie van De top kijkt om in boekvorm (als PDF) verschenen. Hierin is de jongste reeks van 21 interviews terug te lezen, aangevuld met extra beeldmateriaal en QR-codes naar de informatie op deze website. Het boek is ook als PDF met dubbele pagina's (spreads) te bekijken.
Tijdens de feestelijke presentatie is een video met een compilatie van fragmenten uit de interviews verschenen.
Hieronder vindt u een overzicht van alle oud-bewindspersonen en -topambtenaren die bijdroegen aan De top kijkt om. Bekijk de interviews, waarbij we de meest interessante en leerzame ervaringen uitlichten. Het gehele gesprek is ook beschikbaar als podcast. Onderaan deze pagina kunt u de eerste editie van De top kijkt om uit 2022 in boekvorm downloaden.
Bij De top kijkt om zijn diverse wetenschappers betrokken. Zij hebben de interviews met de bewindspersonen en topambtenaren voorbereid en afgenomen. Bekijk de lijst van betrokkenen.
De top kijkt om in boekvorm
In juni 2022 is de eerste editie van De top kijkt om in boekvorm verschenen. Download deze als:
Lees hier de terugblik op de uitreiking van het eerste exemplaar aan minister Bruins Slot.
Waarom, De top kijkt om?
Hoe kun je effectief opereren als bewindspersoon of topambtenaar? Deze vraag staat centraal in De top kijkt om. Doel van dit project is om ervaringen van oud-bewindspersonen en -topambtenaren systematisch vast te leggen, te delen en te benutten. Het initiatief Ministers Reflect van het Britse Institute for Government dient als inspiratiebron. In de Nederlandse variant kijken oud-bewindspersonen en -topambtenaren in gefilmde interviews terug op onder andere hun manier van besturen, de druk van de media en de kwaliteit van de ambtelijke dienst. Hoe gingen ze om met hun overvolle agenda? Hebben ze adviezen? Wat moeten hun opvolgers doen en laten om zo effectief mogelijk te zijn? Elk jaar verschijnen tien nieuwe interviews.
Het project heeft vorm gekregen in nauwe samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Utrecht en het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis.